Verhalenlezen.nl - Voor al uw verhalen en sprookjes. Ook hebben we liefdes verhalen en erotische verhalen.

red me..

U leest om dit moment het verhaal red me. gepost door nemo. Dit verhaal is gepost in de categorie liefdes verhalen. Wilt u een zelf geschreven, of een mooi verhaaltje posten? Klik daarvoor hier.

Wilt u terug naar liefdes verhalen?
Categorie: liefdes verhalen
Gepost door: nemo
Gepost op: 2010-4-21

Verhaal:

red me.
heeyz ik heb dit verhaal gelezen op ***** en vind het zo mooi dat ik het hierop heb gezet

het is een lang verhaal maar wel de moeite waard

echte auteur:FakeSmileX



Lies leek op het eerste zicht een heel normaal meisje.
Ze was meestal vrolijk, de dagen dat ze zich slecht voelde, waren in grote minderheid.
Ze hield veel van haar vrienden, waarvan ze de meesten al van toen ze klein waren kende.
Maar sinds kort gebeurden er rare dingen. Ze was bang, maar had nog niemand erover verteld. Sinds die ene dag gebeurden ze: de dag dat ze die gruwelijke zaak had moeten meemaken, 4 jaar geleden…

Sam zat op de trein. Na 5 jaar kwam hij eindelijk terug. Er was zoveel tijd verstreken en hij dacht dat het einde nooit zou komen.
5 jaar geleden moest hij en zijn familie verhuizen wegens het werk van zijn vader. Hij had er zijn vriendenkring moeten achterlaten, maar het bedrijf had beloofd, dat de verhuis maar voor 5 jaar zou zijn. Daarna zouden ze terugkeren.
Sam was vandaag als eerste teruggekomen. Zijn beide ouders waren nog de laatste dingen aan het inpakken, maar het meeste was al ter plaatse. Sam wou zo snel mogelijk zijn vrienden van vroeger terugzien…

Lies en Ilona waren druk aan het fluisteren. Er was hen namelijk vorige week gezegd dat er vandaag een nieuwe leerling zou komen in hun klas. Ze waren benieuwd wie het zou zijn. Hopelijk was hij knap, dan viel er nog eens iets te beleven in deze saaie klas.
Toen de nieuwe jongen binnenkwam herkenden Ilona en Lies hem meteen. Ze keken eerst naar elkaar en dan naar Zeno, een van hun beste vrienden en ze kenden hem al een eeuwigheid.
Ilona kon zich niet meer houden. Sam keek nog een beetje onwennig rond toen ze riep:
”Sam!! Je bent eindelijk terug!! We hebben je gemist!”

Sam herkende de stem die hem riep meteen. De stem was wat meer volwassen geworden, maar er was geen twijfel mogelijk dat ze van Ilona kwam. Sam keek naar haar en glimlachte.
Een beetje verder zag hij Zeno ook zitten, zijn beste vriend. Maar waar was Lies? Zou ze weg zijn?
Het meisje naast Ilona kwam hem vaag bekend voor, maar hij kon zich niet herinneren wie het precies was. Ze was wel knap, dat was zeker.
Hij zou ze tijdens de pauze wel allemaal spreken…


et was pauze en Sam stond met Zeno en Ilona te praten.
”Het was echt lang geleden hé Sam! Maar je bent nog niets verandert, enkel wat gegroeid!”
“Jij lijkt anders ook nog veel op de Ilona van vroeger hoor. Ik had je stem ook meteen herkend.”
“Mij kan het niet schelen of je verandert bent of niet. Ik ben vooral blij dat ik mijn makker terug heb.”
“Ik ben ook blij om terug te zijn hoor Zeno.”

Sam vroeg zich af waar het meisje dat naast Ilona zat, was. Hij wou haar zeker leren kennen.
Maar wat hij zich nog meer afvroeg, was waar Lies was. Ze waren vroeger altijd heel goede vrienden geweest en konden over alles praten. Sam had zich ook altijd een beetje verantwoordelijk gevoeld voor Lies, al weet hij niet waarom.
Zo troostte hij haar altijd wanneer ze gevallen was of wanneer haar vriendje het uitgemaakt had. Bij dit laatste had hij zich altijd een beetje raar gevoeld. Jaloers bijna. Maar waarom? Dat wist hij niet.

”Ilona, waar is Lies eigenlijk? Ik heb haar nog niet gezien.”
Ilona keek Sam raar aan. Maar Sam snapte niet waarom. Toen kwam het meisje dat daarjuist naast Ilona zat op hen toegelopen.
”Oh hallo, ik ken je nog niet, maar dat zal denk ik niet lang meer duren. Ik ben Sam”, zei Sam zonder te beseffen wat hij gedaan had.
Het meisje haar uitdrukking veranderde van een lach, naar verbaasd en teleurgesteld. Maar een moment later, was er ook woede bij. Ze kwam op hem toegelopen en toen ze voor hem stond, gaf ze hem een harde slag in het gezicht. Daarna draaide ze zich om en liep weg. Er liep een traan over haar wang.
Sam keek haar verbaasd na. Hij snapte niet wat hij verkeerd had gedaan. Hij keek naar Ilona die hem verbaasd aankeek.
”Sam, dát was Lies.”

Lies liep weg uit het lokaal. Ze kon niet geloven dat hij haar niet meer herkende. Na alles wat ze samen hadden meegemaakt.
5 jaar lang had ze op hem gewacht. Ze miste hem enorm. Vroeger kon ze hem altijd alles vertellen, maar sinds hij weg was, had ze niemand haar problemen verteld.
Ze lachte wel en sprak altijd met de rest, maar niemand wist over de rare voorvallen. Daarom had ze gehoopt dat als Sam terugkwam, dat ze hem erover kon vertellen. Hij was de enige die haar zou begrijpen.
Maar hij herkende haar zelf niet meer. Was ze dan zoveel verandert? Het deed haar zeer. Daarom ging ze naar de plek waar ze altijd naartoe ging als ze verdrietig was: een open plek in het bos.

Deze plek was speciaal voor Lies.
Hier had Sam haar verteld dat hij zou moeten verhuizen voor 5 jaar. Hij had haar ook beloofd om terug te keren en dat hij haar weer zou beschermen eens hij terug was. Hij had haar toen geknuffeld en haar laten beloven dat ze sterk zou zijn in de tijd dat hij weg was en dat ze niet zou huilen…


Lies zat rustig op de open plek. Hier kon ze altijd tot rust komen. Ze sloot haar ogen even.
”Dus jij herinnert je deze plek en zijn betekenis ook nog Lies”, zei Sam buiten adem.
Hij had heel de weg tot hier gelopen en was verwondert dat hij na 5 jaar nog wist waar het lag.
”Het spijt me dat ik je niet meteen herkende. Maar je bent verandert. Niet alleen qua uiterlijk… nog iets anders ook, maar ik kan niet zeggen wat. Lies, alsjeblief, vergeef het me.”

Sam leek heel oprecht. Lies kon niet anders dan hem vergeven. Hij was toch jaren haar beste vriend geweest. Ze stond op en ging voor hem staan.
”Ik zal het je vergeven. Ik ben vooral blij dat je eindelijk terug bent.”
“Ik ben ook blij. En ik ben mijn belofte van toen ik vertrok niet vergeten Lies. Ik meende het toen, en ik ben van plan mij eraan te houden. Als je het mij toestaat tenminste.”
Lies knikte. Natuurlijk stond ze hem toe haar te beschermen.

Sam zag dat ze opgelucht was, en op daad bij woord te voegen, knuffelde hij haar als teken van bescherming. Lies voelde zich beter nu, met de gedachte dat hij er weer was voor haar.
Maar zou ze hem over de voorvallen kunnen vertellen? Zou hij haar geloven? Ze wist het niet. En ineens dacht ze terug aan alles wat er al gebeurd was en ze begon te huilen.

Sam was verbaasd dat ze ineens huilde, en hij wist niet waarom. Hij had toch niets fout gedaan?
Daarom besloot hij haar eerst te troosten voor te vragen wat er was. Hij wreef zachtjes over haar haar tot het snikken minderde en het zelf ophield.

”Sorry. Maar een tijdje na je bent weg gegaan, zijn er rare dingen gestart. Ik ben blij dat je terug bent. Zou je me geloven en willen helpen, zelf al klinkt het enorm ongeloofwaardig?”
“Natuurlijk. Jij zou over zoiets niet liegen. Vertel eens, wat is er?”
Lies nam zijn hand vast en ging zitten, zodat hij dat ook moest doen. Toen begon ze te vertellen:
” Het is 4 jaar geleden begonnen op die dag. Sinds daarna word ik precies achtervolgd.
Maar niet door een persoon. Eerder een geest zou ik het noemen.
Ik weet niet precies wat het is, maar het volgt me. En het wilt mij iets aandoen. Ik denk zelf dat het mij wilt vermoorden.”

Lies trilde bij de gedachte van wat er allemaal al gebeurd was. Ze was ineens niet meer zo zeker dat ze het wel aan Sam had moeten vertellen. Hij zou haar toch alleen maar gek verklaren. Maar het tegendeel was waar.

”Wat is er dan zo al gebeurd Lies?”
Ze keek hem verbaasd aan, maar ze was toch blij dat hij haar geloofde.
”In het begin was het niet erg. Struikelen op een grasveld, opgesloten in mijn kamer en zo, maar hoe langer hoe erger de bedreigingen worden.
Maar soms nemen ze ook mensen over en proberen die ook vanalles, maar na een tijdje verlaten ze de persoon weer.
Vorige week was de laatste en ergste keer tot nu toe, toen is er een boeken rek op mij gevallen.”
“Je hebt er toch niets aan overgehouden hoop ik?”
“Enkel enkele blauwe plekken op mijn borst en zij.”

Sam knikte. Hij begreep het.
”Oké, vanaf nu ga ik je beschermen en helpen. Je moet me elke keer zeggen als er iets gebeurd is thuis of zo en voor de rest zal ik zo vaak mogelijk bij je zijn.”
“Dank je”
Lies was blij dat hij haar geloofde en dat ze er nu niet meer alleen voor stond. Toen nam Sam haar hand en trok haar recht.
”Kom, we gaan terug”
Lies knikte en volgde hem. Hij liet de hele weg haar hand niet los…
We zijn hier nu op onze bestemming voor één week, jullie gaan je een week gedragen en luisteren.
We gaan hier dingen leren, maar we zijn ook gekomen om ons te amuseren.
De jongens en meisjes slapen in 1 slaapzaal, dus ook daar zullen jullie gehoorzaam zijn.
Er zal de hele nacht een leerkracht zitten om jullie in het oog te houden zodat jullie genoeg nachtrust hebben.
Met vragen kunnen jullie altijd bij ons terecht. Ga jullie nu maar installeren.”

De leerkrachten waren eindelijk met hun uitleg klaar die enkel uit gezeur bestond: ’doe dit niet, doe dat niet..’ wat mochten ze wel? Maar al die regels waren wel nodig om zo’n grote groep in bedwang te houden.
In deze week zouden ze met zijn allen in 1 grote slaapzaal slapen.
Natuurlijk zo Sam naast haar slapen en Ilona langs de andere kant. Zeno zou dan weer langs de andere kant van Sam liggen.
Zo lagen ze nog eens zoals vroeger bij slaappartijtjes, de 4 vrienden bij elkaar.

Na het middageten hadden de leerkrachten een wandeling in de streek gepland. De leerkrachten gaven heel de tijd uitleg, maar er was niemand die ernaar luisterde. Iedereen was bezig met praten en spelen, maar de leerkrachten hadden dit niet door.

Al gauw was het avond, en iedereen was moe van de wandeling, die toch vrij lang was geworden. Toch bleef iedereen zo lang mogelijk babbelen. Lies lag op haar rug zodat ze Ilona en Sam allebei kon horen.

Ineens zei Sam iets om Lies te plagen, en als tegenaanval begon Lies hem te kietelen. Ze wist nog van vroeger dat hij daar niet tegen kon. En nu was dat nog niet verandert.
Op een bepaald moment kreeg hij toch haar hand vast, en liet hij het niet los.
”Stop Lies! Ik geef me over!”, zei Sam lachend.
Lies’ ogen straalden. Het was lang geleden dat ze met zijn allen nog zoveel plezier hadden gehad.

Het was nu midden in de nacht en iedereen sliep. De leraren waren zelf even weg om wat frisse lucht te hebben en daarna af te wisselen. 15 minuutjes zouden de leerlingen wel alleen kunnen blijven.
Sam had Lies’ hand onbewust nog steeds vast. Op en bepaald moment begon ze te woelen in haar bed: ze was niet op haar gemak. Eventjes daarna begon ze te huilen. Eerst zachtjes, daarna harder.

Sam hoorde een geluid naast hem en werd wakker. Hij keek in de richting van Lies. Ze lag heel de tijd te woelen en ze huilde. En hij voelde haar hand trillen in zijn hand. Hij was op slag klaarwakker. Wat was er?...


Lies’ hand ging steeds harder trillen.
Sam nam het steviger vast en fluisterde zacht: ”Rustig maar, er is niks aan de hand.”
Maar Lies werd niet rustiger, ze werd juist onrustiger. Het was nu duidelijk dat ze nog sliep en dat ze een verschrikkelijke nachtmerrie had. Ineens fluisterde ze iets tussen het huilen door: ” Help… Iemand… Sam…”

Dat was genoeg voor Sam om te weten wat hij zou doen. Hij zette zich zachtjes recht zodat hij de rest niet wakker zou maken. Hij ging op de rand van zijn luchtmatras zitten.
Eerst streelde hij Lies zacht door haar haar om te zien of dat haar tot rust zou brengen, maar dat deed het niet.
Daarom deed hij iets anders. Hij trok voorzichtig aan haar arm zodat ze rechtop kwam te zitten. Hij was eerst van plan geweest haar zo zachtjes wakker te maken, maar toen hij zag dat ze nog harder begon te huilen, besloot hij iets anders. Hij nam haar in zijn armen en troostte haar zo. Hij wreef door haar haar en fluisterde zachtjes: ”ssht, er is niks. Het is allemaal goed. Ik ben bij je.”

Ineens werd Lies rustig, maar de tranen rolden nog steeds over haar wangen. Ze opende haar ogen. Wat een nare nachtmerrie. Toen merkte ze op dat iemand haar troostte, en ze wist meteen wie.
”Sorry om je wakker te maken Sam. Het was niet mijn bedoeling…”, zei Lies terwijl ze moeite deed om haar stem wat vast te laten klinken.
Het is niks. Ik zei toch dat ik er voor je zou zijn? Zullen we even naar buiten gaan zodat je wat kan bekomen?”,vroeg Sam toen hij zachtjes haar tranen wegveegde.
Lies knikte. Ze stonden allebei op en gingen voorzichtig de gang door, op hun hoede voor de leerkrachten. Uiteindelijk gingen ze in de tuin onder een boom zitten. Hier zaten ze uit het zicht van de deur en konden ze de hemel goed zien.

Na een tijdje stilte, begon Lies te praten:
”Ik heb wel vaker zo’n dromen. Het is ook werk van die ‘geest’. In die dromen is er telkens een persoon die mij dierbaar is, maar in plaats van mij te helpen, is hij bezeten dood die geest en probeert hij mij op één of andere gruwelijke manier te vermoorden”
Lies begon weer te huilen. Sam sloeg een arm om haar heen en trok haar dichter tegen zich aan.
”En wie was het deze keer?”
Lies slikte even. ”Het was Zeno. Maar het probleem is, de persoon in mijn droom, wordt daarna meestal echt bezeten. Ik ben bang Sam.”

Sam kon zijn oren niet geloven. Zijn beste vriend zou bezeten worden door een geest en hij zou Lies aanvallen. Dat zou iets zijn dat hij zeker niet zou willen.
”En is er niks waardoor je dit kan voorkomen of verhelpen?”
Lies knikte.
”Jawel, je kan proberen hun dingen van vroeger te laten herinneren, van de buitenwereld. Maar het werkt niet altijd even snel. En ik vrees dat het eerstvolgende nog op dit kamp zal gebeuren.”
Sam knikte, hij snapte het. Hij zou haar een week lang zo weinig mogelijk alleen laten…

De 2e dag van de week verliep zonder kleerscheuren en ook die nacht was het rustig.
Maar de 3e dag had Lies prijs…

Sinds ’s ochtends deed Zeno al raar. Eerst deed hij alles om Lies te vermijden en niet tegen haar te moeten praten. En een beetje later, praatte hij heel de tijd tegen haar en probeerde hij haar af te zonderen.
Gelukkig had Sam dit ook gemerkt. Hij bleef heel de tijd bij Lies en telkens als Zeno haar apart wou nemen, moest Lies ineens iets met hem gaan doen. Zeno verkeek elke keer zijn kans.

’s Avonds was er een doolhofspel. Het was in een grot te doen.
Deze was speciaal “gebouwd” door een vereniging die in de vakanties kampen hield en voor 1 keer mocht hun school de grot gebruiken.
Het was stikdonker in de grot, je moest alles op de tast vinden. Normaal zou je als je de weg volgde na een tijd sowieso de uitgang vinden, maar toch was het moeilijk.
Sam ging voor haar naar binnen en Lies moest 2 minuten wachten voor ze ook naar binnen ging.
Wat ze niet zag was dat Zeno achter haar binnen ging.

Lies was op een doodlopende gang gestoten. Ze kon niet meer verder. Ineens hoorde ze achter haar een geluid. Eerst wist ze niet goed wat het was, maar al vlug besefte ze dat iemand iets zwaars aan het verschuiven was. Na even hield het geluid op. Dan pas durfde Lies terug te gaan.
Maar op een bepaald moment stuitte ze op een muur. ”Raar”, dacht ze, ”Die was er daarjuist nog niet”

Ze besloot dan maar een andere richting uit te lopen, maar in welke richting ze ook ging, ze vond de uitgang niet!
Lies wist meteen wat er aan de hand was: Zeno had toegeslagen. Even later hoorde ze een lach, de lach van triomf.

”Haha, nu heb ik je. Een hele dag heeft die stomme Sam ervoor gezorgd dat ik je niet alleen kon nemen, maar nu heb ik je toch. Je zit hier gevangen en niemand weet het.
Je zal hier nog wel een tijdje zitten. Voor iedereen buiten is en de leerkrachten beseffen dat je niet komt, zal het zeker middernacht zijn. Ik hoop dat het langer duurt, dat ze je niet vinden.”

Lies was bang. Zou ze hier echt zo lang zitten?
”Maar Zeno, waarom doe je dit?”
“Omdat ik niet rust voordat de vloek volbracht is. Je weet wel waarover ik het heb hé? De vloek van die dag.”
Lies slikte. Natuurlijk wist ze dat. Ze zou het liever vergeten. Maar ze was nu alleszins zeker dat Zeno het niet uit zichzelf deed, maar omdat hij bezeten was. Bovendien was ze bang.
De voetstappen verwijderden zich, tot ze na een tijdje niets meer hoorde.
Ze was nu helemaal alleen…

Lies zat nog steeds gevangen.
Ze wist niet hoe lang ze hier ondertussen al zat. Een half uur? Een uur? 3 uur? Ze was alle besef van tijd kwijt.

Het was stikdonker in de grot. Ze kon nauwelijks haar eigen handen zien die op haar knieën lagen. En ze had dorst. Maar het meest van al was ze bang: bang dat ze haar gewoon zouden vergeten en dat ze hier nooit meer zou uitkomen.
Ze legde haar hoofd op haar knieën en besloot te wachten op hulp. Meer kon ze toch niet doen. Misschien kwam Zeno wel terug of kwam Sam haar redden. Ze hoopte gewoon dat er iemand kwam.

Lies was zo in gedachten verzonken dat ze de klop en de voetstappen niet hoorde.
Even later hoorde ze wel dat iemand weer iets zwaars verschoof. Kwamen ze haar dan toch redden?
Maar even later kwam een ander gedacht in haar op: misschien was het Zeno die haar kwam vermoorden.
Bij die gedachte werd Lies erg bang. Ze kromp ineen en probeerde zich zo klein mogelijk te maken.

Het schuiven hield op en even was het stil. Lies was doodsbenauwd. Toen waren er voetstappen. De stappen klonken voorzichtig, maar toch zelfzeker en ze kwamen Lies’ richting uit.
Lies durfde zich niet te bewegen. Als het Zeno was, dan was het nu zeker met haar afgelopen want er was niemand om haar te komen helpen.
Ineens voelde Lies dat haar wangen nat werden. Ze huilde. Op een moment als dit stond ze er niet echt versteld van.

”Lies? Waar zit je? Ben je ok?”
Lies schrok een beetje toen ze een stem hoorde, maar toen ze hoorde dat het Sam was die haar riep, verdween haar angst helemaal.
”Sam?”, zei Lies met een trillende stem die ze niet kon verhelpen.
”Rustig maar Lies. Ik kom naar je toe. Blijf gewoon zitten.”
Ze hoorde dat de voetstappen haar richting uitkwamen tot ze voor haar stopten.

Sam bukte zich naar haar toe. Omdat hij niks zag, moest hij op de tast zoeken. Hij merkte dat haar hoofd op haar schoot rustte. Hij voelde zachtjes aan haar haar, tot hij haar gezicht vond. Hij voelde dat haar wangen vochtig waren: ze huilde.
”Rustig maar Lies. Het komt goed. Ik ben er nu. Het spijt me dat ik je alleen gelaten heb en dat ik nu pas gekomen ben.”
Sam veegde zachtjes en voorzichtig haar tranen af. Dat was genoeg voor Lies. Ze ging op haar knieën zitten en knuffelde hem. Ze had gewoon nood om hem even vast te hebben.

Wat was dit raar gevoel dat ze had toen ze hem knuffelde? Ze voelde zich helemaal op haar gemak, maar toch klopte haar hart veel sneller als anders.

Sam kon niet geloven dat ze hem uit zichzelf knuffelde. Meestal was het omgekeerd. Maar het voelde goed. Het betekende dat ze hem volledig vertrouwde en dat was ook nodig.
Hij was gerustgesteld.

Toen Lies tot rust gekomen was, gingen ze terug. Onderweg namen ze Zeno mee. Sam had hem daarjuist een slag gegeven en ervoor gezorgd dat hij weer zijn oude zelf was.
”Sorry voor wat ik gedaan heb Lies. Ik kon het gewoon niet tegenhouden. Er was iets dat me dwong, alleen weet ik niet wat. Ik voel me echt schuldig.”
“Het is niks. Ik weet dat het niet jouw wil was, dus ik verwijt je niets.”
Zeno knikte.

Een beetje later waren ze eindelijk uit de grot…

Lies was blij dat ze eindelijk uit die grot was, maar ze moest wel weer wennen aan het licht.
Iedereen kwam bezorgd naar haar toe en vroeg wat er gebeurd was. Ze zei dat ze ergens was ingelopen door een kleine opening en dat ze de weg niet meer terugvond.
Zeno keek haar raar aan. Ze gaf hem een knipoog. Ze wou hem niet in moeilijkheden brengen.


De volgende dag was het ’s ochtends joggen. Ze zouden een heel traject moeten afleggen dat vrij lang was.
Normaal zou een voormiddag wel volstaan om er te geraken.
Zeno, Ilona, Sam en Lies liepen vanachter. Er waren geen leerkrachten mee, die stonden op bepaalde plaatsen om de weg aan te tonen en vooraan liep de leerkracht turnen.
Ze waren al best een tijdje onderweg en Lies werd een beetje moe. Ze was nooit heel goed geweest in langlopen.
Sam merkte het.

”Zeno en Ilona, lopen jullie maar door. Wij komen wel. Lies ziet er een beetje moe uit.”
Ilona knikte. Ze wist dat Lies altijd al moeilijkheden had gehad met langlopen. Daarom liep ze samen met Zeno verder.

”Kom, we zullen even rusten”, zei Sam. Lies stopte met lopen en Sam ging voor haar staan.
Lies was echt buiten adem en ze was blij dat ze even kon stoppen. Sam wreef over haar rug zodat ze weer wat op adem en tot rust kon komen.
Haar hart klopte in haar keel. En niet alleen van het lopen. Er was nog iets anders. Ze wist nog steeds niet wat.

Opeens voelde Lies iets aan haar enkel. Precies een hand dat haar vast had. Ze keek, maar ze zag niets.
Op het moment dat ze keek, trok de onzichtbare hand aan haar enkel. Er werd hard getrokken, waardoor Lies haar evenwicht verloor en naar voor viel.
Lies landde recht op Sam, die nog steeds voor haar stond.
Hij had haar opgevangen, maar was samen met haar toch gevallen. Ze lag op zijn schoot en hij had haar vast.

”Ben je ok? Hoe komt het dat je zo ineens gevallen bent?”
“Ik ben ok. En er was precies een hand dat aan mijn enkel trok. Ik kon er niets aan doen. Het spijt me. Ik heb je toch geen pijn gedaan hoop ik?”
“Nee, je hebt me geen pijn gedaan. Ik ben enkel wat geschrokken dat je zo ineens viel.”
Lies keek in zijn ogen. Hij leek een beetje bezorgd, maar zijn ogen waren zo mooi.
Waarom viel haar dit nu pas op?

”Héé, je hebt wel iets! Kijk maar naar je vinger.”
Lies keek naar haar vinger. Het topje ervan was rood van bloed. Er was blijkbaar een gaatje in of zo.
Sam nam haar hand en stak haar vinger in zijn mond. Lies keek hem verbaasd en met grote ogen aan. Wat deed hij toch?

Sam zag haar blik en legde het haar uit: ”Als je zo’n wondje onverzorgd laat voor een tijdje, gaat het ontsteken. Dus je moet het schoonmaken. En aangezien we hier geen water of ontsmettingsmiddel hebben, zuig ik de vuiligheid eruit.”
“Maar ik kan dat ook wel zelf hoor”,zei Lies.
”Laat mij maar doen. Daarna lopen we weer verder hoor.”

Nadat hij dit gezegd had, gaf Sam Lies nog een knipoog. Wat betekende dit toch allemaal?...


Na deze 2 gebeurtenissen is er op de schooluitstap niets meer gebeurd.
De rest is rustig verlopen en iedereen amuseerde zich rot.

Toen ze van kamp terugkwamen, was iedereen opgelucht dat ze weer in hun eigen bed konden slapen, maar ze zouden de sfeer wel missen. Daarom besloten ze op een vrije dag eens naar de kust te gaan.

Eindelijk was de vrije dag aangebroken. Tussen de schooluitstap en de vrije dag was er niets raars meer gebeurd met Lies. Zij en Sam waren daardoor een beetje geruster en minder alert.

De kust bij hun was niet helemaal strand. Er was ook een groot gedeelte met enkel steile kliffen.
Ze hadden met 4 besloten om de voormiddag op het strand door te brengen, en de namiddag op de grasvelden bij de kliffen.

”Kom Lies, we gaan de zee in!! Het is warm genoeg!”
Lies had niet eens de tijd om te antwoorden, of Ilona had haar al meegesleurd. Toen ze in het water waren, merkten ze dat het water nog erg koud was. Maar ze lieten zich er niet door afschrikken.
Ze spetten elkaar nat, en na een tijdje kwamen ook de jongens ook in het water. Ze namen de meisjes op en liepen wat dieper de zee in. Daar lieten ze de meisjes vallen. Ilona en Lies waren helemaal nat, maar ze zouden het de jongens betaald zetten.
Ze sprongen op de jongens hun rug en duwden hen onder. Zo ging het gevecht nog een hele voormiddag door.

In de namiddag waren ze op het grasveld. Gelukkig waren hun kleren al weer droog door de zon. Ze waren rustig aan het eten: buiten hun was er niemand hier, iedereen was naar het strand getrokken.
Maar hier was het beter dan op het strand, er was nog een licht briesje.

Na het eten stond Lies op. Ze ging dicht tegen de rand van de kliffen staan om naar de zee te kunnen kijken en luisteren. Ze werd er altijd heel rustig van, daarom hield ze van deze plek.
Ze keek naar rechts: 500 meter verder was er een trap uit de stenen gehouwen om zo naar beneden te kunnen gaan en te kunnen zwemmen. Straks zou ze zeker gaan.

Sam, Ilona en Zeno zaten wat verder in het gras nog wat te praten.
”Lies houdt nog steeds evenveel van deze plek als vroeger. Als we hier vroeger kwamen spelen, stond ze vaak ook zo te kijken, weet je dat nog Sam?”
“Ja… Het was echt lang geleden dat ik hier nog ben geweest. Maar ik vind het leuk Ilona. En jij Zeno?”
“Natuurlijk is het leuk! Maar straks gaan we hier nog wat zwemmen hé! Pas op, het water is hier wel vrij diep.”
“Dat lukt ons wel”, zei Ilona lachend.

Sam stond ook op om naar Lies te gaan. Hij zou haar wat gezelschap houden daar.
Lies had gehoord dat er iemand was opgestaan en draaide zich om. Ze zag dat het Sam was en lachte.
Maar ineens voelde ze dat iemand haar van voor duwde. Ze zag niemand, dus ze wist meteen dat het weer die geest was. Maar ze werd hard geduwd en moest naar achter stappen.
Ineens voelde ze dat haar voet weggleed en op het zelfde moment kreeg zo nog een laatste harde duw.
Ze viel achterover van de kliffen af…

Lies voelde haar voet wegschuiven van de kliffen en viel achterover…

Lies besefte de eerste seconde niet goed wat er gaande was. Maar ze voelde de wind vlug langs haar heen razen en ze voelde geen vaste grond meer onder haar voeten. Toen ze alles goed besefte begon ze heel hard te gillen: ”Sam!!!”
Hij was de eerste persoon waar ze aan dacht, maar voor ze het wist, viel ze al in het water.
Lies zonk heel diep en ze had geen adem meer. Ze wist niet hoe lang ze het nog zou uithouden onder water…

Sam had Lies zien vallen. Hij was toen zo snel mogelijk naar de rand van de kliffen gerend. Hij moest zien waar ze gevallen was. Toen hij aan de rand was, zag hij nog net haar hoofd het water induiken en toen was ze helemaal verdwenen.
Hij aarzelde geen seconde. Hij trok zijn schoenen en T-shirt uit en dook Lies achterna…

Zeno en Ilona hadden Lies ook zien vallen. Zij zaten even verstijfd van schrik op de grond. Toen ze Sam dan achter Lies zagen springen, kregen ze eerst bijna een hartaanval, maar daarna keken ze naar elkaar en wisten ze wat ze gingen doen.
Ze zouden langs de trap even verder naar beneden gaan, en als Lies en Sam weer zouden bovenkomen zouden ze hen helpen om op de kant te geraken.

Lies zat in het water. Ze voelde geen grond onder haar voeten, maar ze zag ook geen oppervlakte. Ze had geen enkel idee wat boven of onder was. Hoe zou ze hier ooit nog uitgeraken? Bovendien was haar adem bijna op, ze zou het niet lang meer kunnen rekken.
”Alsjeblieft Sam, kom me helpen”, dacht ze.
Ze wist niet waarom hij de eerste persoon was waaraan ze dacht, maar ze wou dat hij haar kwam helpen. Iemand moest het doen, en liefst van al hij.

Lies sloot haar ogen, met haar ogen open zag ze toch niet veel meer: ze was nooit goed geweest in onder water kijken.
Haar ogen waren nog maar net gesloten of ze voelde dat iemand haar onder haar armen beetnam. De persoon nam haar stevig beet en begon te zwemmen.
Lies lag met haar hoofd tegen zijn borst. Ze hoopte dat het Sam was. Even deed ze haar ogen weer open en keek naar boven. Ze deed haar best om zo goed mogelijk te zien: ze zag dat het wel degelijk Sam was.

Toen ze aan het kijken was, merkte ze dat ze naar beneden gleed. Sam merkte het ook, en trok haar wat meer naar boven. Ze kon nu recht in zijn ogen kijken. Maar lang had ze daar de kans niet voor: haar adem was op en even later viel ze flauw in het water…

Sam kwam eindelijk boven met Lies.
Hij zwom zo snel hij kon naar de kant en liet Ilona en Zeno Lies uit het water halen, want daar had hij zelf de kracht niet meer voor.
Sam was doodop. Lies redden was veel vermoeiender geweest dan hij had gedacht: ze was al veel dieper naar beneden gezonken dan verwacht.
Zeno droeg Lies naar boven, terug naar het grasveld. Ilona en Sam volgden hem. Sam had het ijskoud door de wind die was opgekomen.

Zeno legde Lies neer op het gras.
”Sam, blijf jij bij Lies? Ilona en ik gaan in de herberg hier dichtbij dekens en hulp vragen. We komen zo snel mogelijk terug. Doe ondertussen mijn pull aan zodat je niet verkouden wordt.”
Sam knikte en trok Zeno’s pull aan. Zeno knikte en hij vertrok samen met Ilona. Na een tijdje begonnen ze te joggen.


Sam zat naast Lies in het gras. Ze was nog steeds bewusteloos. Op een bepaald moment vroeg hij zich af of ze nog ademde, want het zag haar borst niet meer bewegen.
Hij boog voorover en legde zijn hoofd op haar borst. Hij voelde een zwakke ademhaling, maar gelukkig was haar hartslag sterk. Ze was dus gewoon bewusteloos.
Het stelde Sam gerust en hij sloot zijn ogen even, maar voor hij het wist viel hij in slaap, zo moe dat hij was…


Lies werd wakker. Ze voelde zich raar en probeerde zich te herinneren wat er gebeurd was. Toen wist ze het weer: die geest had haar van de kliffen geduwd. Maar… waar was ze nu dan?
Ze keek om zich heen en zag dat ze op het grasveld was. Hoe was ze hier geraakt?
Ineens merkte ze dat er iets op haar borst lag, ze keek. Het was Sam. Hij leek heel gerust te slapen. Daarom zette Lies zich heel voorzichtig recht, zodat ze hem niet wakker zou maken.
Ze legde zijn hoofd op haar schoot. Wat was hij schattig als hij sliep! Lies kon zich niet bedwingen en gaf Sam zacht een zoen op zijn wang. Hij bewoog een beetje, maar werd niet wakker.

Lies voelde zich niet helemaal lekker en voelde dat ze zou moeten braken. Daarom legde ze Sam zijn hoofd voorzichtig op het gras en stond recht. Ze was wat duizelig. Ze liep naar de bosjes wat verderop en moest braken.
Daarna ging ze naar de kliffen en zette zich op haar knieën. Ze keek naar beneden. Het was een wonder dat ze zo goed van die val was afgekomen.


Sam werd wakker. Hij voelde de hartslag en ademhaling van Lies niet meer. Hij opende zijn ogen en zag dat ze weg was.
Hij zette zich meteen recht en keek ongerust rond. Hij zag Lies bij de kliffen zitten!
Sam sprong recht en liep op Lies toe. Toen hij bij haar was, nam hij haar vast en trok hij haar achteruit en viel op zijn kont.

Sam draaide Lies met haar gezicht naar hem toe en begon te roepen:
”Is 1 keer niet genoeg?! Je bent er al ingevallen, dus kom niet zo dicht bij de rand! Toen je erin viel, dacht ik dat ik je kwijt was. En nu maak je me terug zo bang door dat de doen. Alsjeblieft, wees voorzichtig Lies.”
Sam omhelsde Lies stevig, en om de 1 of andere reden stonden de tranen in zijn ogen en begon hij zonder het te willen zachtjes te huilen.

”Het spijt me”, zei Lies zacht en ze omhelsde Sam terug. Ze was blij dat hij zo bezorgd om haar was…

Al gauw waren Zeno en Ilona terug. Ze waren samen met een herberguitbater gekomen die een wagen had.
Zeno en Ilona stapten uit en wouden op Sam en Lies toelopen. Maar Ilona zag hoe Sam Lies omhelsde en omgekeerd, dus ze hield Zeno tegen en besloot nog even te wachten.

Lies zat nog steeds in Sam zijn omhelzing. Ze voelde zich enorm op haar gemak. Maar ze kreeg het een beetje koud: haar kleren waren nog nat en er was wat wind. Sam zou het ook wel voelen.
Lies keek over Sam zijn schouders en zag daar Ilona en Zeno staan met nog een man en handdoeken.
”Sam... Ilona en Zeno zijn terug met hulp.”
Sam schrok en liet Lies meteen los. Zij deed hetzelfde.


Ilona had het gezien en riep nu op hen: ”Kom hier jullie zotten! Straks vallen jullie er weer in! En jullie moeten het toch koud hebben in die natte kleren met die wind?! Deze man wil ons helpen en ons zelfs laten overnachten in zijn herberg.”


Sam stond recht en Lies deed hetzelfde. Maar ze voelde zich nog steeds een beetje duizelig. Daarom greep ze Sam zijn hand vast, deze keek haar verbaasd aan.
”Sorry, ik voel me nog wat duizelig. Vind je het erg?”
Sam schudde van niet.
Zo liepen ze dan naar de wagen.

Na een tijdje rijden waren ze bij de herberg gekomen.
”Daar zijn de douches. En nadat jullie gedoucht zijn, gaan jullie maar in die slaapkamer daar zitten. Het is daar warmer dan hier.”, zei de man.
”Wij zullen ondertussen jullie kleren drogen”, zei Ilona.

Sam en Lies knikten. Ze gingen doen wat er hen gezegd werd.
30 minuutjes later waren Sam en Lies klaar met douchen en zaten ze in geleende kleren in de kamer. Het kleedje dat Lies aanhad paste haar perfect, maar de pull die Sam moest dragen was veel te groot, daarom had hij hem maar uitgedaan.
Opeens stelde hij een vraag: ”Lies, kan je me vertellen hoe het komt dat die geest je achtervolgd? Wat is er gebeurd?”

Lies knikte. Ze zou het hem vertellen: ”Het is allemaal begonnen door die dag 4 jaar geleden.
Het was ’s avonds en ik was weggelopen thuis omdat ik weer eens ruzie met mijn ouders had. Omdat jij toen al verhuisd was, ging ik altijd naar het park om tot rust te komen en na een tijdje ging ik dan terug naar huis.
Maar die dag was er iets raar aan de gang in het park, ik merkte het al toen ik het binnenliep. Toen zag ik een man helemaal in het zwart gekleed. Ik vroeg me af wat hij aan het doen was, en ging wat dichterbij.
Dat had ik beter niet gedaan.
Ik weet nu nog steeds niet wat hij aan het doen was, maar toen hij me zag, werd hij kwaad en riep iets in een taal die ik niet verstond.
Volgens mij was het een hele oude taal. Het moment daarop begon hij te lachen en zag ik iets doorzichtig op mij afkomen.
Ik wou weglopen, maar het achtervolgde mij. En ineens voelde het net alsof het door mij vloog.
Daarna het ik het nooit meer gezien. Maar ik ben er zeker van dat het dat ik dat mij achtervolgd. Die man heeft me vervloekt.”

Lies trilde bij de gedachte en de tranen liepen over haar wangen. Sam nam haar vast en knuffelde en troostte haar. ”Rustig maar. Ik zal een manier zoeken om die vloek te verbreken. We redden het samen wel”, zei hij en hij gaf haar een kusje op haar kruin

Na hun overnachting in de herberg, gingen ze terug naar huis.
Gelukkig was het weekend. Zo moesten ze toch niet meteen naar school na alles wat er gebeurd was.
Bovendien was er dit weekend kermis in het dorp.

Sam liep samen met Lies naar huis.
”Heb je zin om vanavond met mij naar de kermis te gaan Lies?”, zei Sam licht blozend.
Lies keek hem met fonkelende ogen aan: natuurlijk wou ze dat.
”Natuurlijk!! Lijkt me leuk. Spreken we om 4u af in het park? Dan kunnen we daarvoor nog iets anders doen.”
“Ok, is goed. Ik zie je dan?”
“Ja!! Tot straks!”, zei Lies en ze gaf Sam vlug een zoen op zijn wang, waarna ze rap weg liep: ze wou niet dat hij zag hoe hard ze bloosde.
Sam was even verbaasd en bloosde ook wat, maar liep daarna gewoon verder naar huis. Vanavond zou hij het zeggen.

Eindelijk was het 4u en Lies was in het park. De tijd was deze namiddag niet vooruit gegaan. Elke minuut leek wel een uur, zo zenuwachtig was ze.
Lies stond op Sam te wachten. Het was al 10 na 4 en hij was er nog niet. Sam kwam normaal nooit te laat. Maar er kon even iets tussengekomen zijn, dus ze wachtte nog wat op hem.
Nog 5 minuten later zag ze hem eindelijk. Maar… hij leek niet echt in zijn gewone doen. Er was iets… raars aan hem, maar ze wist niet wat. Daarom besloot ze er gewoon niets over te zeggen.

Het was 6u, en Sam en Lies besloten naar de kermis te gaan. Lies was blij, want daarjuist deed Sam echt raar. Wat zou er toch zijn?
En dan zijn ogen… er was iets raars met de kleur van zijn ogen. Het normale donkerbruin was anders vandaag. Maar ook hier wist ze niet goed wat er anders aan was. Misschien was het doffer. Ja, dat was het. Lies maakte zich echt zorgen om Sam.

Sam en Lies liepen rond op de kermis, toen Sam ineens Lies’ arm vast nam en haar meetrok.
”Sam, wat is er?”, vroeg Lies, maar Sam antwoordde niet, hij keek zelfs niet om.
Hij trok haar verder mee het bos in, dat net naast de kermis lag. Sam wist precies waar hij naartoe moest, en hij ontweek alle bomen. Lies kon niet anders dan volgen.

Opeens waren ze op een open plek. Daar liet Sam Lies los en draaide zich om. De Sam die Lies nu zag, had ze nog nooit eerder gezien. Hij was niet meer de jongen met de vriendelijke ogen en de mooie glimlach die hij anders was. Nu, was zijn gezicht verwrongen van haat en woede.
”Is alles goed Sam?”, vroeg Lies een beetje bang, maar toch bezorgd.

In plaats van te antwoorden op haar vraag, kwam Sam op haar af en stak zijn handen uit. Lies wist niet wat hij van plan was, maar voor ze het besefte zaten zijn handen rond haar keel en had Sam haar tegen de grond geduwd.
Ze voelde hoe zijn handen strakker rond haar keel kwamen te zitten.
”Sam, doe dit nu niet, we kunnen erover praten als er iets is!”, zei Lies nog banger dan ervoor, maar zelfverzekerd. Ze mocht hem haar zwakheid niet laten merken…
Lies lag met haar rug in het gras en Sam zat op haar. Zijn handen grepen haar keel als maar steviger vast.
Als hij zo doorging, zou het niet lang meer duren of Lies zou stikken. Ze nam zijn handen vast en probeerde ze los te trekken, maar hij was te sterk. Zijn handen bewogen nog geen millimeter in de goede richting.
De geest was veel sterker dan haar en Sam had zelf al veel kracht, dus dit zou nooit lukken.

Lies begon wanhopig te denken. Wat zou ervoor kunnen zorgen dat ze hier nog levend uitkwam?
Ze was niet sterk genoeg om zijn handen los te rukken, dus hem van haar afduwen zou ook wel niet lukken. Misschien zou ze door te spartelen wel weg kunnen geraken? Ze kon het altijd proberen.

Lies schopte zo hard als ze kon. Misschien kon ze Sam wel raken? Deze gedachte gaf haar meer moed en na enkele keren proberen was het raak.
Sam gilde omdat het zeer deed en hij liet 1 hand los. Lies dacht dat hij ook de andere los zou laten en dat ze zou kunnen vluchten, maar hij deed iets heel anders. Met zijn vrije hand gaf hij haar een harde slag in het gezicht.

Lies had echt zeer en ze huilde. Niet alleen haar keel deed nu zeer van de handen die net een bankschroef waren, maar ook haar wang gloeide.
Door de tranen heen keek ze naar Sam. En eventjes zag ze iets van de Sam van vroeger. Toen wist Lies wat ze moest doen: ze moest ervoor zorgen dat Sam iets van vroeger herinnerde zodat die geest weg ging. Misschien lukte het haar deze keer wel om de vloek op te heffen.

Lies dacht na: wat zou het meeste effect hebben? Wat zou ze kunnen doen zodat Sam weer gewoon Sam werd?
Lies dacht diep na, maar elke seconde kwamen de handen strakker te zitten en kreeg ze minder lucht. De tranen stroomden nu als rivieren over haar wangen. Ze zou het echt niet lang meer uithouden.
Misschien zou de vloek lukken en zou sterven. Maar dan zag ze Sam nooit meer en zou hij nooit weten hoe veel ze van hem hield.

Lies dacht dit, en ineens wist ze wat ze zou doen. Ze zou het erop moeten wagen: als het niet lukte, zou niets anders wel lukken.

Lies strekte haar armen voor zich uit en nam Sam bij de kraag van zijn T-shirt vast. Ze gebruikte al haar kracht en trok hem naar zich toe. Het nam veel energie, maar het lukte.
Toen hij dicht genoeg was, waagde Lies het erop: ze zoende hem.

Ze liet zich weer zakken, en meteen verloor Lies het bewustzijn: ze kreeg geen lucht meer. Als ze nu zou sterven, zou Sam het alleszins weten…

Lies was bewusteloos. Al een hele tijd nu.


Lies werd wakker. Haar keel deed enorm zeer: een teken dat ze nog leefde. Ze voelde nog steeds waar de handen hadden geknepen. Ze moest hoesten, zelf dat deed zeer.
Lies voelde dat iemand haar vasthield. Ze herkende de handen: het waren dezelfde als daarjuist. Maar… er was iets anders aan. Ze waren niet meer zo hard en ze voelde er geen woede meer in. Nu waren ze lief en teder en leek het alsof ze voor haar wouden zorgen. Het had dus gewerkt.

Plots merkte ze ook een geluid op: het geluid van iemand die huilde. Zou het Sam zijn?
Lies wou het weten, dus opende ze voorzichtig haar ogen. Ze keek naar boven en ze zag dat het inderdaad Sam was die huilde.
Zijn ogen waren ook weer het normale bruin, Lies was gerustgesteld.

Lies hof voorzichtig haar arm omhoog naar Sam zijn gezicht. Ze raakte voorzichtig zijn wang aan. Sam schrok van de plotse aanraking. Hij keek naar Lies en zag opgelucht dat ze weer bij bewustzijn was.
Sam pakte Lies stevig vast. Hij had even gedacht dat hij haar kwijt was. En hij zou de dader geweest zijn. Als het waar was geweest, had hij zichzelf nooit vergeven.
Maar hij zag dat ze er weer was. Gelukkiger kon hij niet zijn.


”Het spijt me. Ik weet niet hoe ik dit ooit ga kunnen goedmaken. Maar ik ben echt blij dat je er nog bent. Ik heb een tijdje gedacht dat ik je kwijt was. Ik…”
Lies onderbrak Sam en deed teken dat hij niet meer moest zeggen.
”Het was niet jouw fout. Je was ook bezeten. Het spijt me dat je zoiets hebt moeten meemaken omdat ik je erbij betrokken heb. Ik had het nooit mogen doen.”
Wat Lies zei meende ze echt: ze gaf te veel om hem om het zo te laten.
”Nee, het is niet jouw fout, ik had me gewoon meer moeten verzetten. Het is mijn fout dat je bijna dood was? Ik had je bijna gewurgd. Ik…”


Lies onderbrak hem weer, maar deze keer anders. Ze kuste hem.
Als hij haar nu wegduwde, wist ze dat ze hem moest vergeten als vriendje en dat hun vriendschap waarschijnlijk ook voorbij was.
Maar ze moest het er gewoon op wagen. Ze kon gewoon zo niet langer rondlopen met deze gevoelens zonder dat hij ze wist…

Lies zoende Sam. Ze was bang dat hij haar weg zou duwen, maar ze had besloten het er toch op te wagen.
Lies dacht even dat Sam haar weg zou duwen en dat het over zou zijn, maar het tegendeel was waar.
Sam zoende Lies terug en legde zijn armen om haar middel. Hij zou haar niet laten gaan, niet nu hij haar eindelijk had.

Lies stopte met zoenen, en legde haar hoofd op Sam zijn borst. Ze voelde zich op haar gemak in de armen van Sam, hij gaf haar een gevoel van geborgenheid.
”Ik hou van je”, fluisterde Lies zachtjes, maar Sam het toch gehoord.
”Ik ook van jou. Als je er nog zin in hebt, kunnen we nu rustig naar de kermis gaan. Die geest zal ons niet meer lastigvallen, de vloek is verbroken.”
Lies keek even verbaasd, maar ze geloofde hem, want ze voelde het ook: de schrik en de druk die ze de laatste jaren had gevoeld waren weg. De kracht van de liefde overwon gewoon alles.

Sam en Lies gingen terug naar de kermis. Ze liepen hand in hand. Lies had zich nog nooit zo goed gevoeld.
Ze hadden al enkele attracties gedaan en nu liepen ze rond in het spookhuis. Lies vond het er vrij eng. Ze zag echt niks. Lies was net de weg aan het zoeken toen ze schrok van een beeld dat ineens tevoorschijn kwam en ze achteruit sprong.
Ze was nog niet helemaal bekomen of ze voelde 2 armen rond haar middel en ze schrok nog eens en slaakte een gil.
”Hé, je moet niet zo verschieten van mij, ik ben geen monster hoor.
Het was Sam die haar vasthad. Hij had haar eindelijk ingehaald.
”zot”, zei Lies tegen hem en ze gaf hem zacht een kusje.
Sam hielp haar nog verder door het spookhuis en kalmeerde haar als ze weer eens verschoten was.

De zon was al bijna helemaal onder, toen Sam ineens zei:”Wacht hier, ik ben zo terug.” en hij wegliep.
Lies wist niet goed wat hij deed, dus bleef ze gewoon wachten zoals hij haar gezegd had. Ze ging wel zitten op het bankje verderop.
Lies keek eventjes rond, en voor ze het wist zat Sam naast haar op de bank.
Lies legde haar hoofd op zijn schouder en deed haar ogen toe. Ze wist nog steeds niet wat hij gaan doen was, maar het maakte niet uit: hij was nu bij haar.

Ineens nam Sam haar hand vast en deed er iets rond. Het was een ring. Lies keek prettig verbaasd naar Sam.
”Het is een teken dat je nu van mij bent en dat ik van je hou. Ik weet dat het geen echte is, maar draag hem voor mij. Later geef ik je een mooiere.”
Lies was enorm blij. Sam was romantischer dan ze gedacht had, en bovendien was hij zóó lief!!
”Deze is perfect”, zei Lies en ze gaf Sam en lange en tedere zoen…

Enkele jaren later…

Lies kwam net terug van het ziekenhuis. Ze werkte er als vroedvrouw. Na al die jaren was ze nog steeds samen met Sam en ze voelde zich goed bij hem.
”Ik ben thuis!”, riep ze toen ze de deur opendeed.
Sam zat in de zetel en gebaarde haar naast hem te komen zitten. Lies zat neer en keek naar Sam, hij begon te praten: ”Lies, ik weet dat het al lang geleden is, maar herinner je je die avond op de kermis nog, die avond dat we een koppel werden?”
Lies knikte.
”Wel, ik weet niet of je nog weet wat ik je toen beloofd heb , maar ik maak het vandaag waar.”
Lies keek een beetje verbaasd, maar ze wist de belofte nog al te goed. Ze wou net iets zeggen, maar kreeg de kans niet. Sam haalde de ring die Lies rond haar vinger had eraf en schoof er een andere aan.
”Hier heb je een veel mooiere ring. Maar ik wil je ook iets vragen: wil je met me trouwen?”
Lies was heel verbaasd, maar ook enorm gelukkig. Natuurlijk zei ze ja…


zo dit was het khoop da julie het mooi vonden en stemmen e

doeidoei
gtjs nemo


Aantal keer bekeken: 2921
Waardering: 8.23 op 10
Geef een cijfer:

Alle rechten voorbehouden 2005-2024 - www.verhalenlezen.nl


Verhalen

Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.

Verhalen posten

Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!


Statistieken

Totaal verhalen: 5184
Totaal categorieën: 10
Totaal 12 bezoekers online