Verhalenlezen.nl - Voor al uw verhalen en sprookjes. Ook hebben we liefdes verhalen en erotische verhalen.

Verhaaltje mailen naar iemand.

Spreek een verhaal u aan, vind je een verhaal om te lachen? En wilt u het verhaaltje laten lezen door één van uw vrienden? Dan kan je via dit formulier het verhaaltje verzenden naar u vriend(in).

Naam ontvanger:
E-mail ontvanger:
 
Naam afzender:
E-mail afzender:
   
Verhaal:

We lose, like always!
Het is vier uur s’Morgens, ik wordt wakker, dit is al de zoveelste keer vannacht. Ik zucht en ga recht overeind zitten, ik draai me een kwartslag om en laat mijn benen uit bed hangen. Vermoeid staar ik vooruit en sla mijn handen radeloos in mijn gezicht. Alweer voel ik tranen op komen, bijtend op mijn onderlip kijk ik opzij. Ik wilde dat die nachtmerries eens ophielden, het was immers al een maand geleden toen “het” gebeurde. Ik sla mijn handen in elkaar en probeer de brok in mijn keel weg te slikken. “het is allemaal mijn schuld, ik had hem nooit alleen moeten laten, ik had hem mee moeten nemen” herhaalt mijn stem telkens in m’n hoofd. Zo gaat het nu al weken, schuldgevoel en zelfhaat spelen het spelletje welles en nietes. Elke avond droom ik nu van dat beeld, dat vreselijke beeld. “Ik begin door te draaien” besefte ik en probeerde niet in huilen uit te barsten. Best vreemd, iedereen denkt dat het goed met me gaat, maar in feite gaat het helemaal niet zo goed met me, ik ben blij dat zij niet weten wat er in mijn hoofd omgaat. Als iedereen wist wat ik dacht zou het dat alleen maar ellendiger maken en dat wil ik niet. Ik sta op en begin weer te ijsberen door mijn donker, benauwde slaapkamertje, iets wat ik al weken doe en nu al bijna een maand. Niemand weet wat ik denk, wat ik voel, hoe het met me gaat en wat ik het liefst zou willen, van die gedachte kalmeer ik altijd. “Waarom is het zover gekomen? Wat is de oorzaak van dit ongeluk?” alle belangrijke vragen ga ik na, maar ik kan geen antwoord vinden. Dat is wat mij het meest rusteloos maakt, onbeantwoorde vragen. “Ik moet ze gaan zoeken, ik moet er iets op vinden, zo kan ik toch niet doorgaan?” die gedachte gaf me hoop. Ik werd stil, nog stiller dan dat ik al was, niet alleen mijn adem stokte, maar ook de vragen in mijn hoofd hielden op. Er was stilte, dat kleine moment waar ik even van genoot. Maar mijn onzekerheid kwam het moment verstoren “Waar moet ik dan gaan zoeken? Kan ik dit wel? Is dit niet tĂ© moeilijk voor me?”. Mijn twijfels sloegen toe en ik ging voor de spiegel staan, daar was ze, mijn levenloze spiegelbeeld dat alles deed wat ik deed, maar niet in bezit was van een geest of in staat was om te denken. Ik glimlach droef naar haar en in haar ogen zie ik verdriet, het zijn mijn ogen, mijn sluike haar dat voor haar gezicht valt en mijn traan dat over haar wang glijdt. Ik snik even ‘niet huilen, je gaat het antwoord vinden!’ sprak ik mezelf tegen. Een zucht, de zoveelste vannacht, maar dit keer met iets minder verdriet dan al die keren daarvoor.

Zachtjes hoor ik auto’s voorbij razen en het zonlicht beschijnt mijn gezicht. Ik open mijn ogen voorzichtig om niet verblind te raken door de zachte ochtendzon. Het is herfst, prachtige, sfeervolle herfst. Maar zonder haar, zonder mijn steun en toeverlaat. Ik sta op en wrijf de slaap uit mij ogen, rek me uit en maak mijn spieren even los. Dat doe ik altijd, het is een dagelijkse routine en daaraan ben ik gewend geraakt. Ik trek mijn badjas aan en schiet in mijn pantoffels, daarna loop ik vermoeid de trap af. Ik woon nu al bijna een jaar in een huis, eerst gezellig met z’n tweeĂ«n, toen alleen. Nog steeds alleen, ik besluit koffie te maken en kijk door het keukenraam naar de tuin. Hier en daar liggen wat bruine, verdorde bladeren van de eikenboom, een merel probeert een worm te vangen en een musje vind zijn plaats op de schutting. Een prachtig schouwspel, maar niet voor lang, de merel heeft zijn worm, en de mus vliegt geschrokken weg door de snelle reactie van zijn soortgenoot, de bladeren waaien zachtjes met de wind mee en dan is alles weer anders. Verwonderd kijk ik naar het nieuwe plaatje, ik schrik op en begin langzaam met koffie zetten. In de tussentijd neem ik een sneetje brood en beleg hem met jam. De geur van de koffie vult de keuken en een piepje geeft aan dat het klaar is. Rustig en duf pak ik een grote mok en schenk de dampende, hete koffie in. Ik pak een lepeltje en ga dan in de woonkamer zitten, op de bank, de grote, lege bank. Ik druk de tv aan en kijk, zonder echt te weten waarover, naar de beelden. Het dringt niet tot me door en vermoeid neem ik een hap van mijn brood. Ik ben moe en dan niet alleen lichamelijk uitgeput maar ook geestelijk. Het laatste hapje, de laatste slok. Vermoeid sta ik op en zet mijn bord en mok in de gootsteen bij de rest van de afwas. Ik draai me om en leun met mijn rug tegen het aanrecht. Ik zucht, verplaats mijn ogen van stand en ga dan weer op mijn eigen benen staan. Opeens denk ik weer aan wat ik mij die nacht had beloofd: Ik zou het antwoord gaan zoeken, ergens ver weg of misschien wel om de hoek, maar ik zal het vinden! Vastberaden rende ik de trap op, dat is de eerste keer sinds een maand dat ik dat had gedaan. Verbluft door die actie blijf ik even stilstaan in mijn kamer. Ik kijk vanaf de deur door de benauwde, donkere kamer naar het raam. Het gordijn hangt er slordig voor. Een zonnestraaltje weet zich door een opening te persen en verlicht een stuk van het bed. Mijn ogen glijden over de dekens die er rommelig bijliggen. Dan zet ik mijn passen richting het raam en trek de gordijnen wijd open, ik knijp mijn ogen tot spleetjes en glimlach tegen het raam. Ik open het raam en adem de herfstlucht in. Even houd ik alle zuurstof binnen en blaas vervolgens alles weer rustig uit. Mijn schouders hangen wat losser en de spanning is weg. Ik voelde dat ik er klaar voor was, na Ă©Ă©n hele maand niks doen wilde ik er weer tegenaan. Dit keer geen stem dat mijn gevoel kwam bederven, alles bleef stil in mijn hoofd. Mijn kleren liggen op een stoel die in de hoek van de kamer staat, ik besluit me aan te kleden en kam mijn half lange bruine haren los.Ik glimlach naar mezelf door de spiegel. Mijn overgang van depressief naar vrolijk kwam zo plotseling, dat ik mij niet eens druk maakte over het feit wat ik na het aankleden zou doen en hoelang deze stemming zou duren. Met een haar elastiekje zette ik mijn paardenstaart vast en keek tevreden in de spiegel. Daar stond ik, eindelijk weer in mijn kleding en het voelde goed, het voelde geweldig!

‘Nee
’ het bleef een tijdje stil aan de telefoon. Brian staarde geconcentreerd naar de grond en luisterde naar de stem aan de andere kant aan de telefoon. ‘ik weet niet wanneer maar
’ blijkbaar schreeuwde de man door de telefoon want hij hield de hoorn een stukje van zijn oor af en kneep zijn ogen pijnlijk dicht. ‘Ik zal het betalen, hoe dan ook.. echt!’. Hij drukt zijn telefoon uit en ging peinzend tegen zijn bureau aan staan. Ze hadden wel weer een goed tijdstip uitgekozen om hem te bellen, net nu hij op zijn werk was. Diep nadenkend liep hij om zijn bureau heen en nam plaats op zijn comfortabele bureaustoel. Zijn ellebogen steunden op het hout en hij begroef zijn gezicht in zijn grote arbeiders handen. Hij zuchtte en iemand klopte op de deur. ‘Binnen!’ riep hij terwijl hij weer recht in zijn stoel ging zitten. Dina kwam koffie brengen en keek hem vrolijk aan ‘melk en suiker toch?’. Hij knikte bevestigend en zette een gemaakte glimlach op. het kopje met schotel werd rinkelend op tafel gezet en Dina verliet zijn kantoor weer. Hij roerde in zijn koffie een staarde naar het kolkende goedje. Weer zuchtte hij en nam vervolgens een slok. Doordat zijn mobiel weer afging proestte hij het bijna uit, slikte het nog net door en nam toen op. ‘ja?’ zijn gezicht trok wit weg toen hij hoorde dat het zijn opdracht gever was ‘zo vroeg al?’. Hij stond op en begon te ijsberen door zijn kantoorkamertje, deed het luxaflex omlaag en keerde zijn rug naar het raam. ‘Geef me alstublieft iets langer..’ stilte nam het karakter van zijn werkplaats over ‘oke, bedankt, heel erg bedankt’. Zijn mobiel verdween weer in zijn broekzak en hij keek door een spleetje van het luxaflex naar de mensen op de andere werkvloer. Hij had het altijd getroffen met zijn werk, maar hoe hij in dit handelscircuit was gekomen mocht Joost weten. Hij had gesolliciteerd, net als al die andere jonge mannen van zijn leeftijd. Maar blijkbaar was hij de gelukkige, alleen was hij zijn geldprobleem vergeten en werd hij nu al 2 weken lastiggevallen. Een ton had hij moeten betalen voor donderdag, maar hij wist dat hij dat niet ging redden. Gelukkig had hij nu 3 weken uitstel kunnen krijgen, nu had hij weer even rust aan zijn hoofd. Hij had alleen geen idee hoe hij aan dat geld moest komen, zijn studenten kamer was lang niet genoeg om zoveel geld voor te krijgen en op zijn bankrekening stond ook niet genoeg. Hij schudde even zijn hoofd en stortte zich toen maar weer op zijn werk.

Om vijf uur s’Middags ronde hij zijn werk af en zette toen zijn computer uit. Zuchtend stond hij op en haalde zijn jas van de kapstok af, deed de lamp uit en sloot zijn kantoorkamer af.
‘Fijn weekend, Jenny’ hij knikte naar de vrouw die aan het eind van de hal achter de computer zat. Ze knikte vriendelijk terug en ging toen weer druk verder met het overtypen van papieren. Hij drukte glimlachend de deur open en trok zijn kraag iets omhoog, de koude wind raasde om zijn oren en hij begroef zijn hoofd diep in zijn jas. Zijn telefoon ging af, het hoge deuntje liet hem opschrikken uit zijn gedachten. Snel greep hij naar zijn zak en drukte op beantwoorden. ‘hallo met Brian’ sprak hij tegen de persoon aan de andere kant van de lijn. ‘oke, dit is wat je gaat doen, ik heb geen tijd om 3 weken te wachten.. je krijgt 2 weken.. misschien kan ik je suggesties geven om sneller aan geld te komen’. Brian schrok en keek achterom of er nog meer mensen door de straat liepen. Hij slikte en sloeg een zijstraatje in, leunde met zijn rug tegen de muur en knikte toen ‘Zoals?’. De man aan de andere kant van de lijn lachte ‘kijk, nu komen we ergens’. Brian wilde het eigenlijk niet weten, maar hij moest zo snel mogelijk zijn schuld afbetalen anders zou het hem zijn kop kosten. ‘Heb je een vriendin?’ vroeg de man serieus. ‘Nee.. nee die heb ik niet’ hij stamelde en schudde zijn hoofd, hij had er niet op in moeten gaan, maar daar was het nu te laat voor. ‘Ronsel een meisje, het is simpel..’
‘Dat kan ik zo’n meisje toch niet aan doen?’ hij keek ongelovig naar de grond en slikte weer.
‘Jawel, wel als je vreest voor je leven.. Als je leven je lief is, volg je mijn raad op’ een piep klonk aan de andere kant van de lijn, verbinding verbroken. Gestresst drukte Brian de telefoon uit en draaide zich om, leunde met zijn hoofd tegen de muur en piekerde.

Ik liep fluitend de afhaalchinees uit en liep in vlugge passen door de Kampman straat,
Vanuit een steegje hoorde ik een man wat zeggen aan de telefoon. Nieuwsgierig draaide ik mijn hoofd bij en staarde het donkere gangpad in ‘hallo?’ riep ik. Voorzichtig liep ik de kant op waar ik het geluid vandaan hoorde komen ‘Hallo?’. Ik schrok toen de man zich omdraaide en met zijn hoofd tegen de muur ging staan. Voorzichtig liep ik weer op hem af toen ik het stil genoeg vond. ‘Wat is er aan de hand?’ ik tikte de man op zijn rug.

Brian schrok zich wild toen er iemand hem op zijn rug tikte, hij deinsde terug en keek het meisje angstig aan. ‘wat moet je?’ hij vroeg het met meer kwaad in zijn stem dan hij wilde. ‘Sorry.. t’is.. ach laat maar’ hij hijgde nog na van de schrik en leunde weer met zijn rug tegen de muur. Hij keek eerst droef naar beneden maar vormde een glimlach rond zijn mond ‘zou je me nooit meer zo willen laten schrikken?’ hij keek haar van opzij aan. Daarna sloeg hij zijn ogen neer en zuchtte om te stoppen met het hijgen.

Ik schrok zelf net zo hard als de jongen, om zijn snelle reflex. ‘ik .. ik wilde je alleen maar
’ maar de jongen verontschuldigde zich al en ging hijgend tegen de muur staan. Toen hij zijn ogen neersloeg bescheen de lantaarn zijn gezicht wat de situatie dramatiseerde. Ik vond hem mooi, zijn jukbeenderen waren goed te zien en hij had een gewone neus. Als ik nu nog voor het steegje stond had ik een perfect silhouet gezien van een jongeman rond de 20 jaar. Bijna net zo oud als ik. Ik schrok op uit mijn gedachten toen hij aan mij vroeg of ik hem nooit meer wilde laten schrikken. ‘Als je mij ook niet meer laat schrikken, dan hebben we een deal’ grinnikte ik. Toen stak ik mijn hand uit ‘Ga je mee? Je lijkt me behoorlijk van slag.. en ik heb nog chinees eten’ mijn stem klonk vriendelijk en zacht.

Hij had het voor elkaar gekregen om weer in een rustig tempo te ademen. Glimlachend keek hij haar aan ‘Sorry, het was niet mijn bedoeling om je te laten schrikken’. Hij zuchtte en luisterde naar haar voorstel ‘oke, klinkt goed’ zei hij twijfelend. Hij pakte haar hand en liet zich overeind hijsen. Zelf had hij geen flauw idee waarom hij eigenlijk mee ging, maar hij voelde zich op zijn gemak en dat door maar 3 zinnen die ze gezegd had.


‘nou we zijn er’ ik deed mijn sleutel in het slot en draaide de deur van mijn appartementje open. ‘kom binnen’ ik ritste mijn jas open en hing hem aan de kapstok, daarna gebaard ik naar de jongen dat ik zijn jas ook wou aannemen om hem daarna aan de kapstok te kunnen hangen.
Gelukkig begreep hij dat gebaar al snel en gaf zijn jas af. ‘ga zitten’ vriendelijk wees ik hem een plaats op de bank en zelf liep ik naar de keuken om daar het Chinese eten op een bord te doen. ‘Wat deed je daar eigenlijk? In dat steegje bedoel ik’ de plastic tassen werden in de prullenbak gedeponeerd en met twee borden liep ik naar de woonkamer en zette ze op de tafel voor de televisie. Het bestek legde ik naast zijn bord ‘eet smakelijk’.

Hij bekeek haar van achteren. Ze was lang, niet overdreven lang en haar bruine haren waren in een paardenstaart gestrikt. Ze had een zwarte lange jas aan dat veel weg had van een engelse regenjas en haar huid was een beetje gebruind. Hij keerde terug naar de realiteit toen ze zei dat ze er waren. Hij knikte alleen maar, ook al wist hij dat ze dat niet had kunnen zien.
Toen de deur openging kwam er een geur van lavendel op hem af, geen overweldigende geur, prettig zoals het thuis bij zijn ouders ook altijd was. Hij voelde zich uitgenodigd en zette al gauw zijn voeten over de drempel. Ze deed haar jas uit, een zwart shirtje kwam tevoorschijn met een rond uitgesneden hals. Onder haar spijkerbroek had ze zwarte laarzen aan. Hij trok ook zijn jas uit en gaf hem aan haar, omdat ze dat gebaarde. Daarna ging hij op de bank zitten die ze hem aanwees. Hij had niet veel gepraat, alleen maar gekeken naar haar van opzij. Soms kon hij best verlegen zijn hoor, ondanks dat hij een baan had waar je wel een grote bek voor nodig had. Ze stelde hem een vraag, daarna liep ze met twee borden vol met eten naar hem toe en zette ze op de tafel voor de televisie. ‘Het is eerlijk gezegd niet van belang, niet voor jou in ieder geval’ antwoordde hij terwijl hij voorover ging zitten om het bord op zijn schoot te plaatsen. ‘Niet van mijn belang?’ vroeg ik. Het maakte mij nieuwsgierig, het leek me een mysterieuze jongen. ‘nee, sorry’ hij had zijn mond vol met bami gepropt. Het werd even stil in de kamer en ik begon in alle rust te eten. Het eten smaakte erg lekker, ik had al een tijdje geen warm eten meer gehad. Mijn depressieve gevoelens waren wat weg geĂ«bd, ik voelde me vrolijker en opgewekter dan de afgelopen weken hiervoor. ‘Hoe heet je eigenlijk?’. De jongen zette zijn lege bord weer terug op de tafel ‘Brian, Brian ter Haar’ stelde hij zich voor. Hij veegde zijn mond af met de rug van zijn hand en slikte het restje voedsel door, dat nog in zijn mond zat. Ik knikte en legde het bestek op mijn lege bord ‘Aangenaam kennis te maken’. Brian glimlachte ‘ik denk dat het dan nu mijn beurt is om te vragen hoe jij heet?’. ‘Dat zou wel zo vriendelijk zijn’ ik moest lachen, meestal begreep men zo’n stille hint zonder het na te vragen, bij hem duurde het schijnbaar iets langer. ‘Hoe heet je?’ vroeg hij serieus. ‘ik heet Ellen Kienhuis’. Ik stond op om de borden in de vaatwasser te zetten, Brian volgde meteen mijn voorbeeld om mij te helpen. ‘Dat is erg aardig van je, maar ’t is niet nodig’ weiger ik zijn hulp. Brian knikte en gaat met een zachte plof weer op de bank zitten. Ik zet de borden vlug in de vaatwasser en pak daarna wijnglazen uit de keuken kast. ‘Wil je wat wijn?’. ‘Ja graag’ hoor ik Brian zeggen. ‘Witte of rode?’ ikzelf had al mijn keuze kunnen maken en ik schenk de witte wijn in. ‘Zo, dus ik heb een keuze?’ Brian verscheen in de keuken en keek me goedkeurend aan ‘je bent een goede gastvrouw, mijn complimenten’. Ik grinnikte ‘nou, nou zo kan ‘ie wel weer hoor’. Ik hou de wijnflessen omhoog ‘Dus, wat wordt het?’. ‘Doe maar rood, alsjeblieft’. Hij leunde tegen de koelkast en keek hoe ik zijn glas vol schonk met het donkerrode spul. Ik gaf hem het glas aan ‘Op het leven’ ik hief mijn glas op naar de zijne. Brian wilde al drinken maar bedacht zich en klingelde zijn glas tegen het mijne ‘Op het leven!’ stemde hij mee in. Ik liep langs hem heen de woonkamer weer in en zette mijn glas op de tafel. Brian ging op de bank zitten met het glas in zijn handen. Vlug wierp ik een blik op de klok en zag tot mijn verbazing dat het al tien uur was. ‘Zal ik wat kaarsjes aansteken? Om het een beetje sfeervoller te maken’. Hij knikte ‘Ja, is goed. Jij bent de gastvrouw, dus doe waar je zin in hebt’. Ik zette een glimlach op en liep naar de keuken om wat waxinelichtjes te pakken. ‘Heb jij een aansteker?’ vroeg ik hem, ondertussen verspreide ik de waxinelichtjes over de hele kamer. Brian greep in zijn zak en haalde er een rode aansteker uit ‘Dus jij rookt niet?’. Ik nam de aansteker dankbaar van hem aan ‘nee, absoluut niet. ’t Klinkt raar, maar ik heb het ook nog nooit geprobeerd’. Na een paar minuten was de hele kamer gevuld met flakkerende vlammetjes. Ik trok de gordijnen dicht en plofte naast Brian neer op de bank. ‘Bedankt’ ik gaf hem zijn aansteker terug en pakte mijn glas met witte wijn van de tafel. Hij pakte de aansteker van me aan en stopte het weg in zijn broekzak. ‘Je weet wel hoe je het gezellig moet maken hĂ©?’. Ik knikte terwijl ik een slok wijn nam ‘ Ja, mijn ouders waren goede opvoeders’. Brian dronk zijn glas leeg en zette het glas op de tafel. Ik staarde vreemd naar het lege glas ‘Wil je nog een glas?’. Hij stond zwijgend op en liep naar de kapstok ‘Nee, dank je. Ik denk dat ik maar ga, het is al laat’. In een snelle reactie zette ik mijn glas op de tafel en stond op ‘Nu al? ik bedoel, je mag best wat langer blijven, als je wilt!’. Snel ritste hij zijn jas dicht en trok zijn kraag omhoog ‘Nee, sorry. Ik zou best willen, maar ik moet werken morgen’ hij keek mij glimlachend aan. Ik knikte begrijpend ‘Nou, vooruit dan maar’. Mijn aandacht ging naar een papiertje en pen die op het bijzettafeltje lagen bij de telefoon ‘oh, wacht! Voordat je gaat, mag ik misschien je telefoonnummer?’. Ik griste de materialen van het tafeltje en drukte ze in zijn handen. Brian boog zich voorover en legde het papiertje op zijn knie. Mijn ogen volgden de bewegingen van de pen, het geluid van het gekras op het papier maakte me onrustig. ‘Ziezo, alsjeblieft’ hij gaf me de pen en het papiertje terug. ‘Fijn! Dank je’. Mijn hand gleed over de deurknop. ‘Bedankt voor je gastvrijheid, leuk dat je me als gezelschap wilde hebben’. ‘Ja, graag gedaan’ ik trok de deur open ‘Ik ben soms een beetje loco, meestal neem ik geen vreemden mee naar huis hoor!’ verzekerde ik hem. Hij grijnsde ‘oh, dus ik ben een vreemde?’. Ik knikte spottend ‘ja, en je weet wat mijn moeder zegt over vreemde mannen’. ‘Die mag je zeker niet meenemen naar huis, ofwel soms?’ maakte hij mijn zin af. ‘Inderdaad’ ik was verbaasd ‘dus ik zal je nu weg moeten sturen, helaas’. ‘Helaas? Dus je vond het wel leuk?’. ‘Wie heeft gezegd dat ik het niet leuk vond?’ ik trok mijn wenkbrauw op. ‘Ik niet’ hij knipoogde naar me en gaf me een hand ‘Ik zie je wel weer een keer’. ‘Zeker, het was leuk kennis met je te maken Brian’ ik nam zijn hand aan en schudde hem. Toen zette hij zijn voeten weer over de drempel, hij liep de hal in en keek nog een keertje over zijn schouder. ‘We bellen!’ gilde ik hem na. Hij stak zijn hand op en liep toen de trap af. Ik sloot glimlachend de deur en bleef naar de waxinelichtjes kijken. “wat een avond!”.

Brian schrok wakker en schoot recht overeind. Het zweet stond op zijn voorhoofd en zijn ademhaling was sneller en zwaarder dan normaal. Zijn hoofd bonkte pijnlijk. Met trillende handen veegde hij het zweet van zijn voorhoofd en bleef toen een tijdje stil zitten. Zijn droom, zijn nachtmerrie was vreselijk geweest. Hij herinnerde er zich niet meer zoveel van.
Hij was geld aan het inleveren op de afgesproken datum, maar het was niet genoeg. Op de achtergrond weerklonk een bulderend, spottend gelach. Daarna een schot en uiteindelijk zag hij zichzelf met wijdopen ogen en mond op de grond doodbloeden. Daar zat hij eigenlijk niet echt op te wachten, maargoed wie wel? Hij liet zijn ogen door de kamer glijden en rustte bij de wekker: 3:08. Zachtjes kletterde de regen tegen het raam. Het was herfst, deprimerende herfst.

Aan de andere kant van de stad deed ik langzaam mijn ogen open. Ik had geen nachtmerrie gehad, er vormde een glimlach rond mijn mond. Geen nachtmerrie, dat was al weken niet gebeurd. Ik draaide me op mijn buik en drukte mijn gezicht lachend in het kussen. Giechelend liet ik een klein vreugde gilletje ontsnappen, daarna tilde ik mijn hoofd weer op. “wat zou Brian nu doen?” ik betrapte mezelf op de nieuwsgierigheid naar de man die ik vandaag had leren kennen. Mijn armen drukten mij langzaam overeind en ik draaide me op mijn zitvlak om te gaan zitten.


Alle rechten voorbehouden 2005-2024 - www.verhalenlezen.nl
ï»ż

Verhalen

Wilt u een verhaaltje lezen uit één van de onderstaande categorieën? Klik dan gewoon op een categorie en u komt op de pagina met de verhalen van deze bepaalde categorie.

Verhalen posten

Hebt u zelf een verhaaltje geschreven? Of een onvergetelijke blunder tegengekomen, of iets anders. En je wilt er anderen mee amuseren, lezen? Met verhalenlezen.nl kan dat geen probleem zijn. Klik hier om een verhaal te posten!


Statistieken

Totaal verhalen: 5184
Totaal categorieën: 10
Totaal 19 bezoekers online